Na weken van onzekerheid is nu duidelijk dat de gemeente nieuwe overeenkomsten kan aanbieden aan de strandexploitanten. De VVD betreurt het dat de gemeente veel onrust heeft veroorzaakt door onjuiste berichtgeving. Er zou worden aanbesteed, de gemeente zou al jaren verkeerde overeenkomsten hebben afgesloten, er zou een overgangstermijn komen; alles bleek onjuist. Nadat eind februari duidelijk werd dat het niet de goede kant op ging heeft de VVD vragen gesteld aan het college en toen dat nog niets opleverde zelf een analyse gemaakt waaruit bleek dat de gemeente wel degelijk de huidige overeenkomsten zou kunnen verlengen. VVD woordvoerder voor het strand Jacob Jan Bakker is blij dat dit nu ook gaat gebeuren.
De strandtentexploitanten willen graag een 10 jarige overeenkomst sluiten met de gemeente voor de huur van het strand. Daarmee zou er voor hen ook ruimte komen om te investeren in betere paviljoens. Om die reden zou een 10 jarige overeenkomst in veel andere kustgemeenten inmiddels gebruikelijk zijn. Al in 2013 heeft toenmalig wethouder Leendert de Lange de strandtentexploitanten zo’n 10 jarige overeenkomst in het vooruitzicht gesteld en de teleurstelling was dus groot toen de gemeente daar dit jaar op terug dreigde te komen. Gelukkig kan dat nu toch doorgaan.
De gemeente schrijft dat het een “complex dossier” is waarin meerdere interpretaties mogelijk zijn. In haar persbericht laat de gemeente weinig eer aan de strandtentexploitanten en anderen die een bijdrage hebben geleverd om tot duidelijkheid te komen. De VVD vraagt de gemeente nu snel te handelen en de exploitanten een 10 jaar contract aan te bieden. Het seizoen is begonnen en het is zaak dat er nu niet weer nieuwe vertragingen komen.
De analyse die de VVD maakte luidde dat de Europese regelgeving ruimte biedt om de vergunning die de gemeente van het Rijk heeft te gebruiken voor de strandcontracten. De reden daarvoor is, dat in Europa het woord vergunning een veel bredere betekenis heeft dan in Nederland gebruikelijk is. Daarnaast vond de VVD dat de regels nieuwe afspraken met zittende exploitanten zonder aanbesteding mogelijk maken. Zij vergeleek dit met het vernieuwen van een aflopende horecavergunning. Zo lang de regels die de gemeente hanteert maar voor iedereen hetzelfde zijn (level playing field), voor iedereen toegankelijk en begrijpelijk (één loket) en beschikbaar tegen de laagst mogelijke kosten (vermindering administratieve lasten) is het vergunningenbeleid op orde. De gemeente zal voor eventuele nieuwe strandovereenkomsten nog het nodige op papier moeten zetten om aan deze eisen te voldoen, maar zij kan voorlopig verder met de zittende exploitanten.